MGL0065 AN ITOM Astor sport1971- Italy / It.

MGL0065 AN - ITOM Astor Sport - 1971 – IT. Text: NL./ Eng. / D. / Fr.

4 - 6 pk 8000 – 10.000 rpm. – 4 versnellingen voet - top 90 - 110 km.

De periode eind 50'er jaren, begin jaren '60 kenmerkten zich door een Rijke bromfiets ‘cultuur’ in Europa. Er was een enorme variëteit met vaak barokke vormgeving, zoals in Nederland de Locomotief Hifi of de Magneet Globemaster. Later meer daarover. Het was in Nederland de tijd van de 'buikschuivers'en de nozems, nozems die ondertussen weer minstens respectabele '70-ers zijn. Elke Nederlandse stad had vaak zijn eigen merk, Rotterdam Stokvis en Berini van de aanvankelijk Haagse Pluvier fabriek. Amsterdam had Magneet en Locomotief, Amersfoort Typhoon, Groningen Fongers, Apeldoorn Sparta en Batavus in Heerenveen. Om er maar een paar te noemen. In België waren er Royal Nord, Flandria en Superia, Duitsland had Zündapp, Kreidler, DKW, Hercules, NSU en andere merken waarover een later ook meer.

In dit glorie tijdperk voor de bromfiets, zijn Italiaanse brommers een periode leidend geweest, met hun inventiviteit, creativiteit, sportieve inslag en vormgeving. Een goed voorbeeld daarvan is deze ITOM van Industria Torinese Meccanica, oftewel Mechanische Fabriek Turijn. Een naam die in het Italiaans toch wel weer wat meer cachet heeft . De fabriek begon aan het eind van de laatste wereldoorlog met onderdelen en accesoires te produceren. ITOM leverde in '44 een hulpmotor om te monteren op een fiets, een beetje volgens het principe van de bekende Solex of het Berini eitje. Rond 1955 verscheen de eerste echte bromfiets, de ITOM Astor, waar naar verluidt de Royal Nord weer op is geënt. Van de Astor verscheen het volgende jaar al een 'sport' model.

Er is dan ook veel geraced met de ITOMs, in nationale en internationale races. In 1966 werd ITOM nationaal kampioen in Italië met rijder Sergio Bongiovanni als 'Campione Italiano della Montagna' nadat hij in '64 en '65 tweede werd in dit heuvelklim kampioenschap. Er werd ook meegedaan in internationale races die werden echter vooral gedomineerd door merken als Honda en Suzuki en in een latere periode na regelements wijzigingen, door Kreidler en Derbi. De relatief betaalbare ITOM racers werden vaak gebouwd door enthousiaste importeurs, die zelf voor de tuning zorgden. Ook een kampioen als Mike Hailwood is begonnen op een ITOM. Zelfs de eerste vrouw die meegereden heeft in de TT op het 'Isle of Man' was Beryl Swain, zij reed op een 50 cc ITOM in 1962.

Deze ITOM sport uit 1971 heeft 4 voetversnellingen, steps en een kickstarter met voor en achter telescoopveren. De luchtgekoelde tweetakt machientjes konden verbazend rap zijn met vier tot 6 pk op 8000 tot 10.000 toeren was de 90 km. te halen en met sommige ultra sportief getunede modellen zelfs de 110. Wel met je knieën en ellenbogen tegen de tank en je neus op de voorvork. In 1973 werd de productie van de eigen ITOM motorblokken gestaakt en de hele productie kwam tot een eind in '75. Het merk leeft voort in talloze gekoesterde machientjes zoals deze ITOM sport uit een privé verzameling.

Bromfiets in beeld: Collectie Arie Nout & Jan van Soelen / Geldermalsen

English >>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>

MGL0065 AN - ITOM Astor Sport - 1971 – IT.

4 - 6 pk at 8000 – 10.000 rpm. – 4 gears foot - top 60 - 70 miles

In the period of the late fifties and early sixties there was a rich moped culture all over Europe. There existed an enormous variety with often baroque or slightly bizarre styling such as the Magneet Globemaste or locomotief Hifi. We'll get back ot those later. In the Netherlands it was the era of the nozems and buikschuivers (intranslatable...) people who are by now respectable pensioners in their seventies. Every Dutch town often had it's own local brand. Like Rotterdam had Stokvis and Berini, although originally from the Hague of the Pluvier factory. Amsterdam had Magneet as well as Locomotief, Amersfoort Typhoon, Groningen Fongers, Apeldoorn Sparta and in Heerenveen Batavus. In Belgium there were the famous brands of Royal Nord, Flandria and Superia. Germany had Zündapp, Kreidler, DKW, Hercules, NSU and other brands of which more later.

In this era of the haydays of the moped the Italians have been at centre stage for a period of time by their flair, panache, creativity, styling and sportivity. A good example of this esprit is this ITOM of Industria Torinese Meccanica, or Turin Mechanical Industries. One cannot deny it has a bit more flair in Italian. The factory started at the end of the last world war building parts and accessory's. In '44 ITOM made an attachable motor unit for bikes, more or less and a bit to the same principle as the well known Solex. In 1955 the ITOM factory presented their first real moped, the ITOM Astor, the model on which as been said, the Royal Nord was inspired. Already in the next year the company presented the sportversion model of the Astor.

There has been an awful lot of racing with ITOM, in national as well as international races. In 1966 ITOM became national champion in Italy, with driver Sergio Bongiovanni as 'Campione Italiano della Montagna' after ending second in '64 and '65 in this hillclimb championship. there has been participation in international races as well, before the successes of brands as Honda and Suzuki. Or later, after a change in regulations, by Kreidler and Derbi. the relatively affordable ITOM racers where often rebuild and tuned by various importers in the UK or the Netherlands. Even a champion like Mike Hailwood started out on an ITOM. Even so, the first lady ever to participate into the Isle of man Trophy; Berryl Swan, rode on a 50cc ITOM in1962.

This ITOM Astor sport has four footgears, steps and a kickstarter, telescopic front and rear springs. These aircooled two strokes could be surprisingly quick with four up to six hp. at 8000 to 10.000 rpm. They could get up to almost 60 miles and some really fine tuned models couldeven get near to over 70 miles. All be it with knees and elbows firmly attached to the tank and nose above the frontfork. In 1973 the production of IOM engines was stopped and the whole production came to an end in 1975. Leaving behind a lot of cherished little machines, like this example out of a private collection.

Moped / Motorcycle in the image: Collection Arie Nout & Jan van Soelen / Geldermalsen

Deutsch: >>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>

MGL0065 AN - ITOM Astor Sport - 1971 – IT.

4 - 6 pk 8000 – 10.000 rpm. – 4 Fußgetriebe – Hochstgeschwindigkeit max. 90 - 110 km.

Die Zeit Ende der 1950er und Anfang der 1960er Jahre war in Europa durch eine reiche Moped-"Kultur" gekennzeichnet. Es gab eine große Vielfalt mit oft barockem Design, wie z. B. in den Niederlanden das Locomotief HiFi und das Magneet Globemaster. Doch dazu später mehr! In den Niederlanden war es die Zeit der 'Belly Shifters' und der Nozems – Halbstarken- . Halbstarken, die mittlerweile zumindest respektable Pensionierten mit 70er Jahre Alter sind. Jede niederländische Stadt hatte oft ihre eigene Marke, Rotterdam Stokvis und Berini die ursprünglich in Den Haag ansässige aus der Fabrik Pluvier. Amsterdam hatte Magneet und Locomotief, Amersfoort Typhoon, Groningen Fongers, Apeldoorn Sparta und Batavus in Heerenveen. Um nur ein paar zu nennen. In Belgien gab es Royal Nord, Flandria und Superia, in Deutschland Zündapp, Kreidler, DKW, Hercules, NSU und andere Marken, über die später auch mehr zu erfahren ist.

In dieser glorreichen Ära des Mopeds haben italienische Mopeds mit ihrem Erfindungsreichtum, ihrer Kreativität, ihrer Sportlichkeit und ihrem Design eine Zeit lang den Weg vorgegeben. Ein gutes Beispiel dafür ist dieses ITOM von Industria Torinese Meccanica, oder Turin Mechanischen Fabrik . Ein Name, der im Italienischen ohnehin ein wenig mehr Gütesiegel hat. Die Fabrik begann am Ende des letzten Weltkriegs mit der Produktion von Teilen und Zubehör. Im Jahr '44 lieferte ITOM einen Hilfsmotor für den Anbau an ein Fahrrad, der auf dem Prinzip des bekannten Solex basierte. Um '55 erschien das erste echte Moped, das ITOM Astor, auf das der Royal Nord wieder aufgepfropft worden sein soll. Ein "Sport"-Modell der Astor erschien bereits im nächsten Jahr.

Infolgedessen wurden die ITOMs bei vielen nationalen und internationalen Rennen eingesetzt. Im Jahr 1966 wurde die ITOM mit dem Fahrer Sergio Bongiovanni nationaler Meister in Italien in der "Campione Italiano della Montagna", nachdem sie in den Jahren 64 und 65 den zweiten Platz in dieser Bergmeisterschaft belegt hatte. Sie nahm auch an internationalen Rennen teil, die jedoch hauptsächlich von den Erfolgen von Marken wie Honda und Suzuki und, in einer späteren Periode nach Regeländerungen, Kreidler und Derbi dominiert wurden. Die relativ erschwinglichen ITOM-Renner wurden oft von begeisterten Importeuren gebaut, die sich selbst um das Tuning kümmerten. Selbst ein Champion wie Mike Hailwood startete auf einer ITOM. Sogar die erste Frau, die bei der TT auf der "Isle of Man" antrat, war Beryl Swain auf einer 50-ccm-ITOM im Jahr 1962.

Diese 71er ITOM Sport hat eine Vierfußschaltung, Trittbretter und einen Kickstarter mit Teleskopfedern vorne und hinten. Die kleinen luftgekühlten Zweitaktmaschinen konnten mit vier bis sechs PS bei 8000 bis 10.000 U/min erstaunlich schnell sein, die 90-km-Marke war erreichbar und mit einigen besonders sportlich getunten Modellen sogar die 110er-Marke. Allerdings mit Knien und Ellbogen am Tank und der Nase an der Vorderradgabel. Die Produktion der ITOM-eigenen Motoren wurde 1973 eingestellt und die gesamte Produktion endete '75. ITOM lebt in unzähligen kleinen Maschinen wie dieser aus einer Privatsammlung weiter.

Moped in Bildern: Sammlung Arie Nout & Jan van Soelen / Geldermalsen

Francais: >>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>

MGL0065 AN - ITOM Astor Sport - 1971 – IT.

4 - 6 pk 8000 – 10.000 rpm. – 4 vitesse á pied – vitesse maximale 90 - 110 km.

A la fin des années 50 et au début des années 60, il y avait une riche culture du cyclomoteur dans toute l'Europe. Il en existait une grande variété avec un style souvent baroque ou un peu bizarre, comme le Magneet Globemaste ou le locomotief Hifi. Nous y reviendrons plus tard. Aux Pays-Bas, c'était l'époque des nozems et des buikschuivers (intraduisible...), des personnes qui sont aujourd'hui de respectables retraités septuagénaires. Chaque ville néerlandaise avait souvent sa propre marque locale. Rotterdam, par exemple, avait Stokvis et Berini, bien qu'originaire de La Haye, de l'usine Pluvier. Amsterdam avait Magneet ainsi que Locomotief, Amersfoort Typhoon, Groningen Fongers, Apeldoorn Sparta et à Heerenveen Batavus. En Belgique, il y avait les célèbres marques Royal Nord, Flandria et Superia. L'Allemagne comptait Zündapp, Kreidler, DKW, Hercules, NSU et d'autres marques dont nous reparlerons plus tard.

En cette période de gloire du cyclomoteur, les Italiens ont occupé le devant de la scène pendant un certain temps grâce à leur flair, leur panache, leur créativité, leur style et leur sportivité. Un bon exemple de cet esprit est cet ITOM d'Industria Torinese Meccanica, ou Industries Mécaniques de Turin. L'usine a commencé à la fin de la dernière guerre mondiale à fabriquer des pièces et des accessoires. En 1944, ITOM fabrique un groupe motopropulseur pour motos, plus ou moins sur le même principe que le célèbre Solex. En 1955, l'usine ITOM présente son premier vrai cyclomoteur, l'ITOM Astor, le modèle dont s'inspire, comme on l'a dit, le Royal Nord. L'année suivante, l'entreprise présentait déjà la version sportive de l'Astor.

ITOM a donc participé à de nombreuses courses nationales et internationales. En 1966, ITOM est devenue championne nationale en Italie, avec le pilote Sergio Bongiovanni qui a remporté le titre de "Campione Italiano della Montagna" après avoir terminé deuxième en 64 et 65 dans ce championnat de course de côte. Il y a également eu des participations à des courses internationales, avant les succès de Honda et Suzuki. Les motos ITOM, relativement abordables, ont souvent été reconstruites et mises au point par divers importateurs au Royaume-Uni ou aux Pays-Bas. Même un champion comme Mike hailwood a commencé sur une ITOM. Néanmoins, Beryl Swan la première femme qui à participer au Trophée de l'Île de Man, a roulé cette piste sur une ITOM de 50 cm3 en 1962.

Ce ITOM Astor sport est équipé de quatre vitesse á pieds, de marchepieds et d'un kickstarter, de ressorts télescopiques à l'avant et à l'arrière. Ces deux-temps refroidis à l'air pouvaient être étonnamment rapides avec quatre à six chevaux à 8000 à 10 000 tr/min. Ils pouvaient parcourir jusqu'à 100 kilomètres par heure et certains modèles très bien réglés pouvaient même atteindre 110 kilomètre. Tout cela avec les genoux et les coudes fermement attachés au réservoir et le nez au-dessus de la fourche. En 1973, la production de moteurs IOM a été arrêtée et toute la production a pris fin en 1975. Laissant derrière elle un grand nombre de petites machines chéries, comme cet exemple provenant d'une collection privée.

Motorcyclette dans l'image: Collection Arie Nout & Jan van Soelen / Geldermalsen